blok-oranje-rood

Miskend talent

blok-oranje-rood

‘Oma wat denkt u, gaat het door vandaag?’ Kijkend vanuit de erker in de Teniersstraat naar de glans van de dakpannen aan de overzijde. Rechts onderin de vensterbank hangt een A4’tje met de mededeling dat bij ZKC de wedstrijden eruit liggen voor vandaag.

In mijn herinnering bezat mijn oma op een of andere manier een Pelleboer gen. ‘Uit naar AZC toch? Dan heb je mazzel die gaat wel door, was het thuis geweest dan had je pech gehad’. Ik voetbalde op dat moment in de D1 en was idolaat van het spelletje. Opgegroeid op 1 hoog nabij de Sterflat in de jaren 70.

De Beatrixschool kon mij gestolen worden, maar Wilhelmina SSS, daar mocht niemand aankomen.

Dagelijks rolde de Adidas Tango replica over de groene mat die schuil ging tussen de Admiraal Helfrichstraat en de Karel Doormansstraat. Destijds een kindvriendelijke buurt, met veelal voetballers van AZC die er de dienst uit maakten. Gevolgd door Be Quick’ers en wat groen-witten van Zutphania. Het oranje was duidelijk in de minderheid. Talent liep er zat in dit gedeelte van Zutphen. Wat te denken van de Fabertjes, ‘Rambo’ Ramerman, Pierre Meijer, de Vrugginkjes, Nengerman en aan de rand van de wijk de Havenaars. Velen waren vaste klant van de Zutphense selectie. Ikzelf verkaste op 10-jarige leeftijd met tegenzin naar Lochem. De Beatrixschool kon mij gestolen worden, maar Wilhelmina SSS, daar mocht niemand aankomen. Het flat voetbal werd ingeruild voor voetbal op Lochemse bodem. 

Maar driemaal in de week pendelde ik naar Zutphen, waarbij ik van vrijdag op zaterdag all-inclusive vertoefde bij oma in de schildersbuurt. Sp. Lochem barstte eveneens van het talent en won destijds zelfs de strijd om een ticket naar de interregionale klasse van Wilhelmina SSS. Iets dat ik nog jaren moest aanhoren van de toonangevende Lochemse voetbalfamilie Siebelink. Ook in Lochem aan talent geen gebrek, echter één speler uit het Zutphen tijdperk is mij technisch gezien altijd bijgebleven. Een jongen die de top nooit heeft gehaald, een briljant die voetballend nooit helemaal tot bloei is gekomen. Hij groeide op in de buurt van de flats en kwam uit een hechte Wilhelmina SSS familie. Hij was een beetje een mix van Houdini, Tscheu-La-Ling en de (zaal)voetballer André van der Ley. 

Gaf je hem de opdracht om 10 ballen achtereen in de kruising te laten plaatsen dan waren ze vaak alle 10 raak.

Eigenlijk was hij de balkunstenaar die in de huidige tijd het meest weg zou hebben van Soufiane Touzani. Gaf je hem de opdracht om 10 ballen achtereen in de kruising te laten plaatsen dan waren ze vaak alle 10 raak. Op het strookje groen naast de gymzaal bij zijn ouderlijke woonhuis was hij dagelijks te vinden. Veelal solistisch, om met militaire precisie de bal te laten ploffen tegen gemarkeerde punten op de gymzaal wand. Van voetbaltransfers in de buurt was in die tijd geen sprake. De buurt was hecht en als buitenstaander was het slechts sporadisch dat je onderdeel mocht uitmaken van de dagelijkse voetbal activiteiten. Hij maakte deel uit van het Vijverplan (nu: Waterkwartier). Af en toe zag ik hem voetballen als wij op weg waren naar het winkeltje van Terwel om een colastick te scoren. 

Zijn broers zag ik nooit met de bal aan de voet. Ja broer Gerrit heeft een aantal van ons als trainer/leider wat kneepjes bijgebracht. Maar Gerrit miste het verfijnde waarover zijn broertje wel bezat. En toch, Gerrit was jaren een vaste waarde van het vlaggenschip van Wilhelmina SSS, iets dat het onderwerp van dit verhaal nooit heeft bereikt. Het voetbal verleden van broer Jaap (als dat er al is geweest) kan ik mij niet heugen. De binding van Jaap met de club natuurlijk wel. Jaap maakt deel uit van het interieur en is er niet weg te denken. 

Blik vooruit, vertrouwend op zijn eigen kunnen in een gracieuze houding.

Het miskende talent in dit verhaal in mijn ogen is de jongste van de Aarnoudse broers: André. Iedereen die in de jaren ’70 en ’80 bij de club actief was kan zijn houding uittekenen; het oogde veelal alsof ie de bal aaide, de rug krom gebogen naar voren, schouders naar binnen gekanteld, en alles op gevoel. Blik vooruit, vertrouwend op zijn eigen kunnen in een gracieuze houding. Aan zijn voeten fraai gepoetse Quick Topstars, die de bal zowel met links als rechts beroerden. Dit opsommend leek hij klaar te zijn voor een overgang naar een B.V.O. Maar wat roet in het eten gooide was dat het zich voetballend afspeelde in een soort van slowmotion modus. Helaas moest André moest het niet hebben van zijn loopvermogen. Waar broer Gerrit wel over beschikte was het André niet toebedeeld. Als dat anders was geweest had hij beslist geschiedenis geschreven op voetbalgebied. In het hedendaagse voetbal maken Looptrainers veelal standaard deel uit van de organisatie. Jammer genoeg voor André was dit toen nog toekomstmuziek, want met zijn techniek was het eerste van Wilhelmina SSS, en misschien zelfs wel ergens in het betaalde voetbal, een smaakmaker rijker geweest.

Jacques Hoogterp

(Voetballend actief bij Wilhelmina SSS van 1972 – 1990, maar nog altijd vaak op de club aanwezig)

[block id=”16399″]

Vind ik leuk 2